Liouville-functie

De Liouville-functie, aangeduid met λ ( n ) {\displaystyle \lambda (n)} en genoemd naar de Franse wiskundige Joseph Liouville, is een functie in de getaltheorie die verband houdt met het aantal priemdelers van het positieve natuurlijke getal n {\displaystyle n} .

Definitie

Laat n {\displaystyle n} een positief natuurlijk getal zijn en Ω ( n ) {\displaystyle \Omega (n)} het aantal priemfactoren van n {\displaystyle n} , dan is de Liouville-functie gedefinieerd door:

λ ( 1 ) = 1 {\displaystyle \lambda (1)=1}

en voor n > 1 {\displaystyle n>1}

λ ( n ) = ( 1 ) Ω ( n ) {\displaystyle \lambda (n)=(-1)^{\Omega (n)}}

Het aantal priemfactoren Ω ( n ) {\displaystyle \Omega (n)} van n {\displaystyle n} kan afgelezen uit de (rij[1]).

Meervoudige factoren worden in Ω ( n ) {\displaystyle \Omega (n)} ook meervoudig geteld; bijvoorbeeld is Ω ( 12 ) = 3 {\displaystyle \Omega (12)=3} , want 12 = 2×2x3 en de priemdeler 2 wordt tweemaal geteld. Dus is λ ( 12 ) = ( 1 ) 3 = 1 {\displaystyle \lambda (12)=(-1)^{3}=-1} . Voor n = 13 {\displaystyle n=13} geldt Ω ( 13 ) = 1 {\displaystyle \Omega (13)=1} omdat 13 een priemgetal is, en dus is ook λ ( 13 ) = 1 {\displaystyle \lambda (13)=-1} , zoals voor alle priemgetallen.

De Liouville-functie neemt slechts de waarden +1 en -1 aan, afhankelijk ervan of het argument een even of een oneven aantal priemdelers (meervoudig geteld) heeft.

Verband met de Riemann-zèta-functie

De Riemann-zèta-functie ζ ( s ) {\displaystyle \zeta (s)} , waarin s {\displaystyle s} een complex getal is met reëel deel > 1, wordt gedefinieerd als:

ζ ( s ) = n = 1 1 n s = p  priem 1 1 p s {\displaystyle \zeta (s)=\sum _{n=1}^{\infty }{\frac {1}{n^{s}}}=\prod _{p{\text{ priem}}}{\frac {1}{1-p^{-s}}}}

Hieruit volgt de volgende gelijkheid:

ζ ( 2 s ) ζ ( s ) = p  priem 1 1 + p s = n = 1 λ ( n ) n s {\displaystyle {\frac {\zeta (2s)}{\zeta (s)}}=\prod _{p{\text{ priem}}}{\frac {1}{1+p^{-s}}}=\sum _{n=1}^{\infty }{\frac {\lambda (n)}{n^{s}}}}

Sommering

Grafiek van L ( n ) {\displaystyle L(n)} tot 107. In dit gebied is het vermoeden van Pólya nog geldig.

Stel: L ( n ) = k = 1 n λ ( k ) {\displaystyle L(n)=\sum _{k=1}^{n}\lambda (k)} . Dit is dus de som van de waarden van de Liouville-functie van 1 tot en met n {\displaystyle n} .

L ( n ) {\displaystyle L(n)} geeft het verschil aan tussen het aantal getallen van 1 tot en met n {\displaystyle n} met een even aantal priemdelers en het aantal met een oneven aantal priemdelers.

George Pólya formuleerde in 1919 het vermoeden, dat L ( n ) 0 {\displaystyle L(n)\leq 0} voor alle n 2 {\displaystyle n\geq 2} .[2] Dit vermoeden is later echter ontkracht; C.B. Haselgrove bewees in 1958 dat er oneindig veel gehele getallen x {\displaystyle x} zijn waarvoor L ( x ) > 0 {\displaystyle L(x)>0} is.[3] Het kleinste getal waarvoor het vermoeden van Pólya niet geldt, blijkt 906150257 te zijn.[4]

L kan zeer grote negatieve en positieve waarden aannemen; zo berekenden Borwein, Ferguson en Mossinghoff met een computercluster van dual-core PowerMac G5s dat L(176064978093269) = −17555181 en L(351753358289465)=1160327.[5] Het is echter nog een open vraag, of L ( n ) {\displaystyle L(n)} al dan niet een oneindig aantal malen van teken verandert.

Een verwante som is

M ( n ) = k = 1 n λ ( k ) k {\displaystyle M(n)=\sum _{k=1}^{n}{\frac {\lambda (k)}{k}}} .

Hiervan werd aanvankelijk vermoed, dat M ( n ) {\displaystyle M(n)} vanaf een voldoend grote n {\displaystyle n} , steeds positief is. Als dat waar zou zijn, zou hieruit de Riemann-hypothese volgen. Maar in 1958 bewees Haselgrove, dat er oneindig veel getallen zijn waarvoor M ( n ) {\displaystyle M(n)} negatief is.[3]

Bronnen, noten en/of referenties
  1. A008836 in OEIS
  2. Pólya, G. (1919). Verschiedene Bemerkungen zur Zahlentheorie. Jahresbericht der deutschen Math.-Vereinigung 28: 31–40.
  3. a b Haselgrove, C.B. (1958). A disproof of a conjecture of Pólya. Mathematika 5: 141–145. DOI: 10.1112/S0025579300001480.
  4. Tanaka, M. (1980). A Numerical Investigation on Cumulative Sum of the Liouville Function. Tokyo Journal of Mathematics 3 (1): 187–189. DOI: 10.3836/tjm/1270216093.
  5. Peter Borwein, Ron Ferguson, Michael J. Mossinghoff. Sign changes in sums of the Liouville function. Mathematics of Computation (pre-publicatie)